Scooteren, selfies en schorpioenen op stokjes

19 april 2017 - Hsipaw, Myanmar

In een gammel houten bootje met een plastic zeil boven onze hoofden gespannen, zitten we op plastic stoeltjes die los in de boot staan. We zitten hier nu bijna twee uur te wachten voordat we vertrekken. De motor is stuk. Nu begint een mannetje ook nog water onder uit de boot te scheppen. We zijn dus ook nog langzaam aan het zinken. Haha, te gek. We zouden vanmiddag van Hpa-an naar Mawlamyine varen. Onze eerste adressen in Myanmar. Ons was al de hele tijd verteld dat het reizen in Myanmar best lastig is en ik ben bang dat ik ze gelijk moet gaan geven. Maar laat ik even een weekje terug in mn verhaal, naar Thailand.

Ik vloog vanaf Nepal naar Bangkok. Op een tussenstop in New Delhi heb ik met een hele groep alleenreizende backpackers uren zitten kletsen. Een ervan was Jolien, die toevallig ook van Nepal naar Thailand vloog. Onze reisplannen kwamen overeen en het klikte goed. Dus hielden we contact en nu zijn we al bijna drie weken samen aan het reizen!
In Bangkok was het erg fijn dat ik mijn indrukken van deze stad kon delen met iemand die ook Nepal nog in haar hoofd had zitten. Want wat was dit ineens georganiseerd en... Westers! Mc Donald's en 7/11 op elke hoek, taxi's met meters, werkende stoplichten. De wereld was ineens weer logisch. Als er wat meer mensen Engels spraken en er niet overal reclame werd gemaakt voor whitening cream, had ik gedacht dat we ergens in Europa waren. En blijkbaar trekt dat toeristen aan. En dan met name het soort dat zin heeft in een feestje. Het toeristische deel van Bangkok is echt een gekkenhuis. Met roodverbrande schouders staan de toeristen in elephant pants een chang biertje van 600ml naar binnen te gooien. En de stoere jongens proberen de gefrituurde schorpioenen op stokjes die hier overal verkocht worden. Dus we moesten het proberen: op stap in koasan road. En voor een nachtje was dat erg gezellig. De dag erna hebben hebben we een fietstocht gedaan, zoals volgens mij alle Nederlanders in Bangkok doen. En dat zijn er nogal wat! Ik begin bijna te twijfelen of het wel toeval is dat de vlag van Thailand rood wit blauw wit rood is. Maar de fietstocht was gaaf! We gingen dwars door markthallen en smalle steegjes en kregen onderweg high fives van mooie Thaise kindjes. En het was al heerlijk om gewoon weer te fietsen! Al met al hebben we nog bijna niks van Bangkok gezien, maar we zijn de stad maar snel uitgevlucht richting het noorden.

Het was een lange nacht in de bus naar Chiang Mai. Vanaf hier hebben we samen met 5 van die andere Nederlanders een scootertje gehuurd om naar Pai te crossen. Ik had nog nooit scooter gereden, dus of deze rit van 125km een verstandig begin was weet ik niet.. maar wat was dat leuk! We slingerden rustig over prachtig geasfalteerde wegen tussen de groene heuvels door. Vloem vloem on the load! (de Thaise mensen kunnen de r niet zeggen). Onze scooters bromden, maar de krekels maakten af en toe nog meer kabaal. Soms kregen we ineens een lading fijn verkoelende druppels over ons heen. Terwijl er geen wolk aan de lucht was. Vreemd. Snel hadden we de link gelegd. Die krekels.. die waren ons gewoon onder aan het piesen! Maar goed, we konden moeilijk met paraplu's gaan rijden, dus vloemden we lekkel veldel. Onze scooters bleken in Thailand officieel motoren te zijn. Boete: 400 baht, had de rest van onze Nederlandse brigade al na de eerste kilometers ondervonden. Omgerekend zo'n 12 euro, dus ik denk dat de politie hier savonds gewoon een paar biertjes van kocht.
In Pai hebben we een hot spring bezocht midden in de jungle en hebben we een niet zo informatieve tour gekregen door een grot. Onze gids kon letterlijk geen woord engels behalve de zinnetjes 'looks like broccoli, looks like popcorn, looks like ufo', terwijl ze naar de verschillende rotsvormen wees. We moesten er wel om lachen.
De terugweg naar Chiang Mai was afzien. Na 4 dagen lang scooteren waren onze konten behoorlijk beurs, dus aan het eind van de terugrit hadden we toch een partijtje zadelpijn! Maar het was het allemaal waard. Zelfs de krekelpies.

Ruim een week zijn we in Thailand geweest en we moeten straks sowieso nog terug, maar voor nu vonden we het tijd om door te gaan. Thailand was prachtig en het was echt wel even genieten binnen de grenzen van m'n comfort zone, maar wij wilden richting Myanmar! Na een lange reisdag kwamen we bij de grensovergang: the friendship bridge. Ironisch, want, hoewel het veel erger is geweest, Myanmar en Thailand zijn nog steeds behoorlijk in conflict in sommige gebieden. Vlak voor de brug hoefden we alleen nog maar even Thailand uit te stempelen. Toen we eindelijk te woord werden gestaan vroeg het mannetje om onze departure cards. Onze wat? Die hadden we niet gekregen hoor.. "Why you no keep?? You go fine in bag!" Na een kleine discussie begonnen we redelijk hopeloos onze tassen te doorzoeken voor dat kaartje waarvan we zeker wisten dat we die niet hadden. Toen vond Jolien ineens wel een departure card tussen haar troepjes en bedacht zich dat we de mijne als kladpapiertje hadden gebruikt toen een taxichauffeur ons wat wilde uitleggen. Holy shit. "You go back airport! You go back Bangkok!" Neeee hè.. Maar toen, in een uithoekje van mn tas, al mn opruimbuien overleefd hebbende, was daar ineens mijn departure card! Halleluja. Met nog trillende handjes liepen we genietend de friendship brug over naar Myanmarees grondgebied (ja, ik heb moeten opzoeken wat het bijvoeglijk naamwoord was van Myanmar). Aan de Myanmarese kant van de brug werden we met een lach en lokale snoepjes ontvangen. De douanier stond zijn waaier aan ons af en maakte gezellig een praatje voordat ie zonder problemen ons visum stempelde. Wat een verademing.

En die geweldige eerste indruk van Myanmar heeft zich doorgezet! Wát een vriendelijke mensen.
Op dit moment ging de boot varen en heb ik m'n telefoon weg gelegd. Nu, bijna een week later, heb ik weer zin om verder te typen!

Vriendelijke mensen dus. De gemiddelde Myanmarees spreekt geen woord engels behalve "what you country", maar van iedereen krijgen we een immense oprechte lach. Ik zou niet zeggen dat het een mooie lach is, want bijna alle mannen (en sommige vrouwen) kauwen hier op betel leaves: een blad waar ze een half uur op sabbelen voor een soort van cafeïne effect, maar waar hun tanden en slijm dus knalrood van worden. Beetje freaky. Ook typisch is dat de mannen hier rokken dragen. De longyi: een soort wikkelrok met een grote knup aan de voorkant. Zonder ondergoed er onder, heb ik tot mijn spijt laatst moeten concluderen.
O en nog iets heel geks is dat ze hier weer rechts rijden, terwijl het stuur in de auto's nog wel aan de rechterkant zit! Myanmar is dus weer chaos en onlogica, net als in Nepal. En hoewel dat me af en toe nog wel irriteert, vind ik het ook ontzettend interessant!

Myanmar (het vroegere Birma) is decennia lang niet toegankelijk geweest voor toeristen vanwege een militaire dictatuur (de junta). Sinds 2011 zijn zij niet meer aan de macht en zijn de landsgrenzen weer geopend. De mensen hier zijn hier dus totaal nog niet gewend aan toeristen en dat merk je aan vanalles! Tijdens die boottocht kwamen kindjes naar de oever gerend, alleen om naar ons te zwaaien. En ook de volwassenen op scooters zwaaien als ze voorbij rijden en hebben vervolgens de grootste lol als we terug zwaaien (wat verwachten ze dan). Regelmatig is iemand ons aan het filmen als we gewoon ergens zitten en ik zou niet weten hoe vaak we al op een selfie zijn gegaan met een giechelende Myanmarees. Heel vreemd, maar super vermakelijk!

Na een paar dagen namen we de nachttrein naar Yangon, de vroegere hoofdstad van Myanmar (lang verhaal, later meer over deze hoofdstadsoap). We hoopten wat uurtjes te kunnen slapen. Maar ken je het rijmpje van 'een damespaard gaat zo, een herenpaard gaat zo'? Deze trein was gevalletje boerenknol. Behoorlijk kapot kwamen we dus in Yangon aan, totaal onvoorbereid op de gekte die die dag zou beginnen. De komende 5 dagen vieren ze hadden ze namelijk nieuwjaarsviering met het zogeheten waterfestival. 5 dagen lang konden we de deur niet uit zonder zeiknat te worden. Het idee is dat je 'schoon van zonden' het nieuwe jaar in gaat. Soms gaat dat schoonspoelen op de traditionele manier, met een kleine scheut water over je schouder. Veel vaker komen er waterpistolen, emmers en zelfs brandslangen bij te pas. En als buitenlander krijg je natuurlijk altijd de volle laag. Maar we hebben er flink lol mee gehad! De eerste dag zijn we met een stel andere backpackers achterin een pick-up truck beland van wat locals en hebben zo meegereden in de tocht langs allemaal 'wasstraten' waar we zeik en zeik nat werden gespoten. De tweede dag hebben we geprobeerd wat toeristische plekken te bezoeken, maar dat was toch lastig met soppende schoenen. De derde dag begonnen we al een beetje gek te worden van al dat water en konden we gelukkig een bus nemen naar Naypyidaw, de hoofdstad. Je zou misschien denken dat de hoofdstad nog drukker zou zijn, maar niets is minder waar. Deze hoofdstad is praktisch verlaten. Of, sterker nog, er hebben nog nooit veel mensen gewoond. Naypyidaw is namelijk pas in 2002, in opdracht van de Junta, gebouwd. Zij besloten dat ze een nieuwe hoofdstad wilden, schijnbaar omdat ze bang waren voor Yangon bang waren voor aanvallen vanaf zee. Het verhaal gaat dat de leider van de Junta door een helderziende verteld is dat dat stond te gebeuren. Ze lieten daarom een stad bouwen, 6x zo groot als New York, met ruimte voor miljoenen mensen, in the middle of nowhere. "Waarom wil je naar Naypyidaw? Er is daar niks." zei de jongen in het hostel tegen ons. En dat klopte dus wel ongeveer, maar dat was ook precies de reden waarom wij heen wilden. Er wonen op dit moment nog maar zo'n 900.000 mensen, waarvan de meesten voor de overheid werken en dus wel móeten omdat alle ministeries naar deze stad verplaatst zijn. De stad is ontworpen om westerse toeristen aan te trekken, maar ook die blijven dus weg. In de hotelzone stonden immense hotelgebouwen, maar alles was zó verlaten, terwijl het festivaltijd was! In ons hotel was zelfs meer personeel dan dat er gasten waren. Dus je loopt door een stad met 10-baans wegen waar alleen af en toe een scootertje over heen komt. Het wegblijven van inwoners vind ik wel leuk. Het is een soort passief protest tegen het militaire bestuur van destijds. Maar ik vind het echt bizar dat die overheid een superdeluxe stad heeft laten bouwen ter waarde van Miljarden (geleend geld), terwijl een derde van de bevolking van het land onder de armoedegrens leeft.. Sommige landen, USA en Engeland bijv., hebben de hoofdstadswissel niet eens geaccepteerd en erkennen Naypyidaw dus niet als zodanig. Wat zijn politici toch eigenwijs met zn allen!

Maar het gaat wel steeds beter met het land. In 2015 zijn er voor het eerst verkiezingen gehouden en die zijn gewonnen door de partij van Aung San Suu Kyi, een hele charismatische vrouw die vecht voor de mensenrechten en democratie in het land. Een lastige strijd, die haar onder andere jarenlange huisarrest opleverde (film: The Lady, echte aanrader). Vlak voor hun aftreden voerde de Junta echter een nieuwe wet in dat iemand met buitenlandse kinderen geen president mag worden. Speciaal om te voorkomen dat Suu Kyi's (wiens kinderen een Brits paspoort hebben) president werd. Nu is een vriend van haar president en is zij de adviseur van staat van Myanmar. Lekker puh.

Door het waterfestival leken onze reisplannen ook even in het water te vallen, maar na heel wat gedoe konden we gelukkig een bus boeken die ons weer mee nam uit die vreemde spookstad. Naar Mandalay, om vervolgens (om 4 uur 's ochtends, shoot me now) weer een trein te pakken naar Hsipaw, en daar zijn we nu. Het was een bijzondere treinreis van bijna 12 uur die beroemd is vanwege de brug. Een flinke brug van een paar honder meter lang waar je met 10km/h overheen gaat, omdat de trein er anders vanaf zou vallen, haha, echt waar. Volgens een docu die we gezien hebben zou de brug een aantrekkelijke doelwit zijn voor aanvallen en wordt daarom bij de "pilaren" (metalen stokjes) beschermd met landmijnen. En als dat nog niet bizar genoeg is.. De treindeuren staan gewoon open! Je kan naar buiten hangen, terwijl er een val van zo'n 100m onder je zit! Gekheid! Al weken lang.. Wat een gekheid. Op stokjes.

Foto’s

6 Reacties

  1. Imke:
    18 april 2017
    Nou, nou, wat een avonturen allemaal! Leuk dat je een reisgenoot gevonden hebt.
    Doe kalmpjes aan. Groetjes uit Zuidwolde :)
  2. Anneke:
    21 april 2017
    Gekkigheeeeeid kind! Én heel leuk dat je wat politiek-geschiedenis dingen vertelt, I like! <3
  3. Opa:
    21 april 2017
    hallo Marina alweer zo,n prachtig verhaal het is een hele belevenis wees voorzichtig en een dikke knuffel van Oma en opa.
  4. Roelien Middelveld:
    23 april 2017
    Wat een mooi enthousiast reisverhaal, ik zat het grinnikend te lezen. Je kunt heel beeldend schrijven! Geniet lekker verder, doe voorzichtig!
  5. Mams:
    26 april 2017
    Boeiend, en heerlijk om te lezen! (afgezien van de trein - brr). Fijn zo een beetje met je mee te reizen. (Sam stapt nu op het toetsenbord ...). Knuffel van ons!
  6. Jeannette:
    28 april 2017
    Hoi Marina,
    Wat een belevenissen! Heerlijk om zo een beetje met je mee te reizen en te genieten van je verhalen.
    Hier is het nog steeds koud....10 graden......Zin in de lente!
    Daar heb jij denk ik geen last van......
    Pas goed op jezelf, liefs Jeannette